Tessa Engels: GEZP

Begin oktober 2016 vertrok ik naar Damongo, een kleine stad in het noorden van Ghana, om mijn semiartsen stage te lopen in het West Gonja Hostpital. Omdat het zo’n dun bevolkt gebied is, trekt het ziekenhuis patiënten vanuit een grote regio, die soms uren moeten reizen om bij het ziekenhuis te komen. In het ziekenhuis zijn verschillende afdelingen: mannen- en vrouwenafdeling, maternity, kinderafdeling, SEH en Public Health. Ik heb op bijna elke afdeling mijn coschap gelopen, waarbij ik om de paar weken van werkplek wisselde.

Ook alleen al het dáár zijn was enorm wennen. Veel van wat je in Nederland als vanzelfsprekend ziet, is daar helemaal anders. Zeker omdat het een kleine stad is, was het best wel eens moeilijk om in mijn vrije tijd genoeg leuke afleiding te vinden. Gelukkig heb ik snel genoeg aardige mensen leren kennen in het ziekenhuis waar ik leuke dingen mee kon gaan doen, zoals motor rijlessen krijgen, filmpjes kijken, voetbal kijken of een drankje doen.De eerste twee weken had ik uitgetrokken om even enorm te wennen aan het land, de cultuur, de mensen en het ziekenhuis. Op de werkvloer keek ik nog vooral mee hoe de artsen te werk gingen en schreef ik zoveel mogelijk op, zodat ik zo snel mogelijk zelfstandig aan de slag kon.

Mijn dag in Damongo begon rond 08.00 met de visite over de afdeling. Hierbij was ik in principe verantwoordelijk voor alle zorg rondom de patiënten op mijn afdeling, veel meer verantwoordelijkheid dan ik vanuit Nederland gewend was! Maar gelukkig was de begeleiding wel goed en kreeg ik voldoende gelegenheid om casussen te bespreken als ik hier behoefte aan had.

Na de visite op mijn afdeling ging ik door naar de Out Patient Department (OPD). Dit is een soort huisartsenpraktijk waar patiënten worden gezien met allerlei milde klachten zoals hoesten, koorts, lage rugpijn, keelpijn, etc. In de meeste gevallen kunnen patiënten na een consult weer naar huis met medicatie en/of voorlichting. De uitdaging is hier om de patiënten die wél iets ernstigs hebben eruit te filteren en op te nemen. Dit kan best wel uitdagend zijn omdat je ook heel erg beperkt bent in welke diagnostiek of behandeling je kan inzetten en je dus ook moet leren afgaan op je ‘gut feeling’.

Op de OPD merkte ik ook een groot cultuurverschil tussen Nederland en Ghana. De Ghanese mindset is kort door de bocht als volgt: ‘ik heb bepaalde symptomen, dus ik ben ziek, dus ik ga naar de dokter, dus ik krijg medicijnen. Hoe meer medicijnen de dokter mij geeft, hoe beter de dokter is.’ In Nederland ben ik gewend veel terughoudender te zijn in het geven van medicatie en in eerste instantie leefstijlfactoren na te gaan. De uitdaging hierin is om wel dichtbij jezelf te blijven en niet teveel toe te geven, maar de patiënt wél tevreden naar huis te laten gaan. Dat was zeker niet altijd makkelijk!

Een ander groot cultuurverschil dat ik merkte tijdens mijn werk, is dat veel Ghanezen heilig geloven in ‘traditional healing’. Hierbij gaat het dus echt om medicijnmannen en –vrouwen die door middel van kruiden, spreuken en soms vrij extreme maatregelen iemand genezen. Zeker na deze extreme maatregelen (denk bijvoorbeeld aan het maken van meerdere sneden in het onderbeen na een slangenbeet ‘om het gif uit te laten vloeien’) zagen we patiënten vaak terug in het ziekenhuis met allerlei complicaties zoals infecties en afstervende ledematen. Ook heb ik een aantal keer meegemaakt dat de familie een ernstig zieke patiënt, tegen het advies van de dokters in, mee naar huis nam om hen daar volgens traditionele wijze te laten genezen. Dit liep helaas niet altijd goed af.

Mijn werkdag was afgelopen als er geen patiënten op de OPD meer waren, meestal ergens tussen 3 en 5 uur. ’s Middags ging ik meestal thuis ontspannen met een boek, serie of film. Soms alleen, soms met één van mijn vrienden. In de avonduren kwam Kassim, de nachtbewaker, bij mij thuis, meestal met zijn hele gezin. We zaten dan buiten en aten wat samen, dronken thee, speelden spelletjes of gingen het lokaal gebrouwen bier ‘pito’  drinken.

 

Op vrijdagavond ging ik vaak met de artsen en studenten van het ziekenhuis wat drinken bij ‘Canteen Canteen’, een klein “barretje” vlak achter het ziekenhuis. In feite is dit gewoon een omheinde plek waar je op plastic stoeltjes aan plastic tafeltjes zit, de muziek schreeuwend hard uit slechte boxen komt en ze koude drankjes serveren, het ideale recept voor diepe en interessante gesprekken!

Er is natuurlijk een groot verschil tussen de Nederlandse en Ghanese cultuur, om te beginnen al omdat in Ghana religie een erg grote rol speelt in het dagelijkse leven. Dit levert natuurlijk voer voor een goede discussie, die ik dan ook regelmatig heb gehad. Deze discussies waren gelukkig altijd vriendschappelijk en we konden daarna als even goede vrienden door. Je leert zoveel van iemands cultuur en waarden door deze discussies te voeren! Natuurlijk hadden we vaak meningsverschillen, maar het was juist ook heel leuk om te merken hoe zij bepaalde dingen, die wij in Nederland als vanzelfsprekend en doodnormaal zien, ongelooflijk bizar vonden, en andersom natuurlijk ook.

Normaal gesproken werkte ik ook in de weekenden (op zondag alleen ’s ochtends) maar af en toe nam ik een weekend vrij en ging ik erop uit. Op een klein uurtje rijden (op de motor) ligt het Mole National Park met een beetje een shabby motel, maar waar de staf superaardig is, je lekker kunt chillen aan het zwembad, andere obruni’s (blanken) kunt ontmoeten en je op jeep- of loopsafari kunt gaan in het park.

 

Ook Tamale (3e grootste stad van Ghana) ligt in de buurt. Hier heb je een heuse supermarkt waar je wat westerse dingen kan kopen, de bank en restaurantjes waar je na weken van fufu, banku en TZ eens voor de verandering een hamburger kunt eten.

 

Andere leuke dingen die ik heb meegemaakt in Ghana was het vieren van de feestdagen. Deze worden daar meer gevierd vanuit het geloof, dus katholieken gaan echt met kerst 2 dagen lang naar de kerk. Ook oudejaarsavond wordt in de kerk of moskee gevierd. Net als in Nederland worden in deze periode cadeaus gegeven, alleen een ander soort cadeaus dan wij gewend zijn. In Ghana is het heel normaal om iemand een grote zak rijst, een fles olie of kookpot te geven voor kerst. Om mee te gaan met de lokale gebruiken, had ik zelf voor Kassim en zijn gezin een geit gekocht, die we op nieuwjaarsdag hebben geslacht en opgegeten. Deze dag werd echt als een feest voor iedereen gezien. Heel erg indrukwekkend en bijzonder om deel van uit te maken!

Naast een paar weekenden in Mole en Tamale, heb ik vlak na de jaarwisseling ook 2 weken vakantie gehad waarbij ik meer door het land ben gegaan. Ghana is een prachtig land met een rijke historie en ontzettend vriendelijke mensen, heel erg leuk dus om er wat meer van te zien! Ik ben tijdens mijn vakantie o.a. in Kumasi (een ongelooflijk drukke, maar nog erg Afrikaanse stad), Cape Coast (een kuststad met oude slavenforten) en Accra geweest.

Na mijn vakantie had ik nog maar een paar weken tot het einde van mijn stage. Deze weken heb ik nog gewerkt, ben ik naar Mole geweest en heb ik vooral veel met lokale vrienden gechilld. Totdat het eind februari tijd was om iedereen gedag te zeggen. Na vele bedankjes en uitwisselen van emailadressen, was ook mijn tijd gekomen om weer naar huis te gaan na een ontzettend mooie en leerzame ervaring!

 

 

Lees meer: Jeffrie Buckle: GEZP